Foutmelding

Deprecated function: The each() function is deprecated. This message will be suppressed on further calls in _menu_load_objects() (regel 579 van /var/www/vhosts/taaluniebericht.org/2014.archief.taaluniebericht.org/includes/menu.inc).

Editie juni 2016

Dit is een oude versie van Taalunie:Bericht en wordt niet meer bijgewerkt. Ga voor nieuwe artikelen naar taaluniebericht.org.

Ellen Deckwitz: en daarom, beste lezer, stel ik voor dat we vanaf heden ...
Ellen Deckwitz: en daarom, beste lezer, stel ik voor dat we vanaf heden ...
Rubriek: 
Auteur: 
Ellen Deckwitz

Het gevaarlijkste woord

Raadseltje: wat is het schadelijkste woord van onze taal? Toen ik mijn vrienden deze vraag voorlegde, begonnen ze hardop scheldwoorden op te sommen, maar nee, het juiste antwoord is niet ‘moederneuker’ of ‘gelukszoeker’. Er is een woord dat nog tientallen malen erger is en bij mijn weten nog nooit gebruikt werd als belediging.   

Het woord zelf is heel neutraal. Het roept geen haat of afkeer op. De meeste Nederlanders gebruiken het vanaf hun derde levensjaar. Nog geen idee? Deze week kwam ik het twee keer tegen, om te beginnen op maandagavond, toen ik met mijn neefje en nichtje dinosauruscakes aan het versieren was met behulp van hagelslag en jam. Benthes (5) Triceratops was voorzien van een hagelslagpatroon dat aan het werk van Escher deed denken, Friso’s (2) Brontosaurus leek nog het meest op een stortplaats voor afgedankt broodbeleg. Op een zeker moment viel dat ook Benthe op. ‘Heej,’ zei ze, ‘mijn dino is serieus echt veel beter dan die van Friso, ofzo.’ Ik moest me inhouden niet uit te schieten met de pollepel.

Vager dan dat kun je niet zijn.

Kunt u nu raden welk woord mijn bloed pasteuriseerde? Ik durf te wedden dat u ernaast zit. Op naar het tweede voorbeeld. Afgelopen vrijdag gaf ik een workshop over intertekstualiteit in de Max Havelaar en vroeg mijn studenten hoe het zat met de sociale verhoudingen in Nederlands-Indië. Een studente zei: ‘Er was een rassenhiërarchie die bij wet was vastgelegd, waardoor iedere vorm van protest tegen de ongelijke maatschappelijke verhoudingen bij voorbaat illegaal was (pijnlijke stilte, hele collegezaal gaapt haar aan, studente krimpt ineen) … ofzo.’

Woede

Het moet nu wel duidelijk zijn: ik word agressief van ‘ofzo’. Niet vanwege de vorm of klank en ook niet om haar letterlijke betekenis, want sec bezien is ‘ofzo’ een afkorting voor ‘of zoiets’. Vager dan dat kun je niet zijn. Waar bij mij de woede ontstaat, is wanneer het wordt gebruikt als stopwoord. Hoe vaak komt het wel niet voor dat iemand iets heel zinnigs zegt en dit vervolgens ongedaan maakt door er  ‘ofzo’ aan toe te voegen? Zoals bij: ‘Als we niets doen aan de gebrekkige financiële inclusie in Derde Wereldlanden zal de dynamische liquiditeit van minderheden nooit stabiliseren, ofzo.’

Gelijk hebben

De spreker maakt zijn geloofwaardigheid ongedaan door zijn uitspraak af te sluiten met dit onding van een stopwoord. Feitelijk zeg je dan: ‘Haha, neem het niet te serieus wat ik nou zeg, ik weet ook niet helemaal zeker of ik het meen, dat mag jij bepalen.’ Iedereen die ‘ofzo’ gebruikt, geeft blijk van onzekerheid. Dat mag, soms is het heel zinnig om aan te geven dat je een uitspraak doet waar je niet geheel zeker over bent (hetgeen de communicatie ten goede komt), maar ik heb het over het guerrillagebruik van ‘ofzo’. Vooral vrouwen hebben hier een handje van. Hoe vaak is het me tijdens vergaderingen niet overkomen dat ik dames een inhoudelijk belangrijke bijdrage hoor doen, om die vervolgens weer te ondermijnen door de bijdrage te besluiten met ‘ofzo’? Daardoor vraag je toestemming aan de rest om gelijk te krijgen, wat overbodig is, want je hébt al gelijk.

En daarom, beste lezer, stel ik voor dat we vanaf heden ‘ofzo’ afkorten tot ‘zo’. Dan krijg je een veel gezondere manier van jezelf uitdrukken, zoals: ‘Mijn dino is beter dan die van Friso, zo.’ En: ‘Nederlands-Indië was een schande voor de rechten van de mens, zo.’ Laten we dit irritante stopwoord halveren, om onze zelfwaarde te verdubbelen. Zo.

Lees hier de eerdere columns van Ellen Deckwitz voor Taalunie:Bericht.