Foutmelding

Deprecated function: The each() function is deprecated. This message will be suppressed on further calls in _menu_load_objects() (regel 579 van /var/www/vhosts/taaluniebericht.org/2014.archief.taaluniebericht.org/includes/menu.inc).

Editie november 2015

Dit is een oude versie van Taalunie:Bericht en wordt niet meer bijgewerkt. Ga voor nieuwe artikelen naar taaluniebericht.org.

Rubriek: 
Auteur: 
redactie Onze Taal

Waar komt hagelslag vandaan?

Je kunt ‘ijsbergsla’ kopen en een boterham met ‘hagelslag’ eten. Maar je kunt daar op een bepaald moment ook vragen bij gaan stellen. Want wat heeft ‘ijsbergsla’ met ijsbergen te maken? En waar komt het woord 'hagelslag' precies vandaan? Het Instituut voor Nederlandse Lexicologie (INL) en Onze Taal maakten samen het boekje Waar komt hagelslag vandaan? Een voorproefje. 

Overigens: hagelslag is bedacht door een Amsterdamse dropfabrikant die ook dit broodbeleg heeft uitgevonden. Behalve op de hagelslag-kwestie gaat het boekje in op nog 99 andere vragen over alledaagse woorden. 

Waarom is iets heel wits ‘spierwit’?

Je kunt spierwit haar hebben, of een spierwit gezicht, of spierwit van angst worden. Maar vanwaar dat woord spierwit? Een spier is toch niet wit? Bij woorden als albastwit, hagelwit, ivoorwit, krijtwit, melkwit en sneeuwwit is wel duidelijk hoe het zit met de vergelijking: albast, hagel, ivoor, krijt, melk en sneeuw zijn uitgesproken wit. En lijkwit, lijkbleek en doodsbleek zijn ook nog wel te snappen: een overledene heeft nu eenmaal een typische grauwe gelaatskleur.

Maar een spier is niet wit van kleur; die is rood. Spier in spierwit gaat dan ook terug op een heel andere betekenis van spier, die sinds de zeventiende eeuw niet meer voorkomt: het witte vlees van sommige hoenderachtige vogels, zoals de fazant, de kip, de kwartel en de kalkoen. Dat witte vlees, die ‘spier’ dus, was meestal afkomstig uit het borststuk, en werd beschouwd als het beste stukje van de vogel.

Naast spierwit, dat zelf uit de eerste helft van de zeventiende eeuw stamt, werd ook wel de uitdrukking zo wit (of blank) als een spier gebruikt.

Waar komt 'muzak' vandaan?

Muzak is van oorsprong een merknaam voor achtergrondmuziek die geleverd wordt aan winkels en ondernemingen. Het bedrijf dat dit introduceerde, werd in 1922 onder de naam Wired Radio opgericht door de Amerikaanse generaal en natuurkundige George Owen Squier. Abonnees (grotendeels particulieren) konden tegen betaling via een speciaal kastje naar muziek luisteren zonder gebruik te maken van een radio. Radio stond toen nog in de kinderschoenen en de apparaten waren erg duur. Maar de radio ontwikkelde zich snel, en al gauw hadden veel huishoudens er een, zodat ze gratis muziek konden ontvangen. Het bedrijf ging zich daarom vanaf 1934 specifiek richten op commerciële klanten, zoals winkels en bedrijven, en veranderde van naam.

George Squier was erg gecharmeerd van de merknaam Kodak, verzonnen door Kodak-oprichter George Eastman. De naam is kort, makkelijk uit te spreken en naar het schijnt een nabootsing van het geluid dat de sluiter van een fototoestel maakt. Squier voegde de woorden music en Kodak samen, en zo ontstond muzak.

Vanaf de jaren veertig ging Muzak voornamelijk rustige, instrumentale muziek leveren, omdat het de werkproductie (of het koopgedrag) van luisteraars positief zou beïnvloeden. Vervolgens werd de merknaam gebruikt voor dat type muziek, en sindsdien noemen we het makkelijk in het gehoor liggende liftmuziekje ‘muzak’.

Wat hebben ‘bakkebaarden’ met ‘bakken’ te maken?

Nee, bakkebaarden hebben niets met ‘bakken’ te maken. We hebben het woord bakkebaard in de achttiende eeuw geleend uit het Duits; daarin is het Backenbart. Backe kwam ook in het middeleeuwse Nederlands voor; het betekende ‘kaak, wang’. Het woorddeel bakke in bakkebaard is de moderne variant van dit oude woord backe, en zo is een bakkebaard dus een ‘baard die over de kaken loopt’.

Het woord backe (of bakke) wordt niet meer zelfstandig gebruikt, maar komt nog wel voor in een aantal andere woorden, bijvoorbeeld in kinnebak (‘onderste deel van het gezicht’) en in bakkes, een informeel woord voor ‘gezicht’ of ‘mond’. Bakkes is een vervorming van het woord bakhuis (‘gezicht’). Huis betekent hier ‘omhulsel, kap’, net als in woorden als klokhuis en zaadhuis. De bakkes is dus het ‘omhulsel’ van de ‘kaak’ – oftewel het gezicht. Bakkes zien we ook terug in mombakkes, dat zoveel betekent als ‘gezichtsvermomming’ – ‘masker’ dus.

Nog even over bakkebaarden: het Engelse woord ervoor is sideburns – naar de Amerikaanse spoorwegmagnaat Ambrose Burnside (1824-1881), die inderdaad een imposante kaakbeharing had weten te kweken.

Waar komt hagelslag vandaan? En nog 99 andere vragen over woorden, samengesteld door het INL en Onze Taal. Het is te koop via Onze Taal.