Foutmelding

Deprecated function: The each() function is deprecated. This message will be suppressed on further calls in _menu_load_objects() (regel 579 van /var/www/vhosts/taaluniebericht.org/2014.archief.taaluniebericht.org/includes/menu.inc).

Editie juli 2015

Dit is een oude versie van Taalunie:Bericht en wordt niet meer bijgewerkt. Ga voor nieuwe artikelen naar taaluniebericht.org.

Geert Joris
Geert Joris
Rubriek: 
Auteur: 
Geert Joris
Foto: 
Sandra van Spelde

Wat u zou moeten lezen

Wie professioneel met taal of literatuur bezig is, wordt in het buitenland soms overvallen met de vraag: welke Nederlandse of Vlaamse boeken zou ik moeten lezen? 

Het eerlijkste antwoord op die vraag is persoonlijk: deze en gene boeken heb ikzelf met het meeste plezier gelezen, of ik heb er het meeste aan gehad. Sinds 1 juli 2015 is ook een objectiever antwoord mogelijk. De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde (KANTL) en het Vlaams Fonds voor de Letteren (VFL) hebben een lijst met eenenvijftig boeken gepubliceerd, Nederlandse en Vlaamse, die met recht ‘klassiek’ heten (literairecanon.be). Dat is verheugend, maar ik heb daar nog twee wensen bij.

De lijst komt dertien jaar nadat de Digitale Bibliotheek der Nederlandse Letteren (dbnl) al een ‘literaire canon’ van 125 boeken had samengesteld (te raadplegen op dbnl.org) waar Vlaamse auteurs wat ondervertegenwoordigd waren. De nieuwe lijst is daar een aanvulling op, een lijst ‘vanuit Vlaams perspectief’, zeggen de initiatiefnemers. Als algemeen secretaris van de Taalunie, die de eenheid van het taalgebied verdedigt, vind ik het belangrijk dat we op termijn met één gemeenschappelijke lijst naar buiten kunnen treden, waarin Nederland, Vlaanderen en Suriname evenredig aan bod komen. De hoop bestaat dat dit nog gerealiseerd zal worden voor de internationale boekenbeurs in Frankfurt van 2016, waar we samen gastland zijn.

De lijsten simpelweg optellen, kan niet, want de opzet van de twee canons verschilt. De Vlaamse lijst staat vooral in het teken van het literaire erfgoed. Hij toont wat er voorafgaat aan de huidige generatie van schrijvers. Daarom zijn alleen boeken opgenomen van vóór 1990, van auteurs die overleden zijn. De Nederlandse lijst volgt meer de smaak van lezers van vandaag en is wellicht bruikbaarder in het kader van de leesbevordering. Maar goed, die twee visies lijken me niet onverzoenbaar. Dit brengt me bij mijn tweede wens.

Die gaat over het gebruik van de lijst. Ik hoop dat deze canon niet een granieten monument wordt, waar alleen de duiven wat aan hebben. Ik roep iedereen in het onderwijs, in het boekenvak, in het bibliotheekwezen, in de media en in het brede culturele veld in binnen- en buitenland op om ermee aan de slag gaan en deze auteurs levend te houden of weer tot leven te wekken. De boeken uit de beide canons verdienen immers een breed lezerspubliek en ons lezerspubliek verdient deze boeken.